Download Free PDF- Traveldictionaries

- usable on android, iphone, smartphone, pc, apple, linux, tablet, usb ...

DUITS
ENGELS
sport [v]
- jog
FRANS
sport [v]
- faire du jogging
ITALIAANS
sport [v]
- fare jogging
SPAANS
sport [v]
- hacer jogging
ZWEEDS
sport [v]
- jogga
PORTUGEES
THESAURUS
oefenen [v]
- trainen
bijknippen [v]
- knippen
- scheren
WERKWOORD
Tegenwoordig en verleden deelwoord
- trimmend
- getrimd
Presens
- trim
- trimt
- trimt
- trimmen
- trimmen
- trimmen
Imperfect
- trimde
- trimde
- trimde
- trimden
- trimden
- trimden
Toekomende tijd I
- zal trimmen
- zult trimmen
- zal trimmen
- zullen trimmen
- zullen trimmen
- zullen trimmen
Conditionalis I
- zou trimmen
- zou trimmen
- zou trimmen
- zouden trimmen
- zouden trimmen
- zouden trimmen
Perfectum
- heb getrimd
- hebt getrimd
- heeft getrimd
- hebben getrimd
- hebben getrimd
- hebben getrimd
Voltooid verleden tijd
- had getrimd
- had getrimd
- had getrimd
- hadden getrimd
- hadden getrimd
- hadden getrimd
Toekomende tijd II
- zal getrimd hebben
- zult getrimd hebben
- zal getrimd hebben
- zullen getrimd hebben
- zullen getrimd hebben
- zullen getrimd hebben
Conditionalis II
- zou hebben getrimd
- zou hebben getrimd
- zou hebben getrimd
- zouden hebben getrimd
- zouden hebben getrimd
- zouden hebben getrimd
Imperatief
- -
- trim
- -
- -
- trimt
- -
Impressum          Home           Multilingual Databases             PDF-Dictionaries